Afbeelding
Plantage Toledo, ook wel Bigi Bon genoemd, vanwege de enorme bomen langs de Surinamerivier
Plantage Toledo, ook wel Bigi Bon genoemd, vanwege de enorme bomen langs de Surinamerivier
Studenten van de Anton de Kom Universiteit van Suriname (AdeKUS) vertoeven in de laatste week van januari 2025 op een voormalige plantage te Boven Suriname, waar zij archeologisch onderzoek zullen doen naar de levensomstandigheden van totslaafgemaakte Afrikanen. Dit unieke traject dat deels met fondsen uit Nederland tot stand komt, is onderdeel van een project van het Broos Instituut voor Afrocentrische Studies en Onderzoek, in samenwerking met haar zusterstiching US4US in Suriname en de AdeKUS.
Het archeologisch onderzoek vindt plaats te Plantage Toledo, gelegen aan de rechteroever van de Surinamerivier. De voormalige suiker- en cacaoplantage werd in de volksmond ook wel Bigi Bon (Grote Boom) genoemd vanwege twee enorme cederbomen die stonden aan weerszijden van haar grenzen aan de rivier; formeel heette het La Liberté (de vrijheid) wat ironisch is, aangezien er tijdens de slavernij Afrikanen generaties lang in gevangenschap onder dwang hier moesten zwoegen zonder dat ze ervoor betaald werden.
Archeoloog dr. Cheryl White die archeologie en geschiedenis doceert aan de Faculteit der Humaniora (FdHum) van de AdeKUS, vertelt dat het traject vanuit meerdere perspectieven uniek is.
Voor het eerst zal er door Surinaamse studenten vanuit een Afrikaanse blik worden gekeken naar het leven op een voormalige Surinaamse plantage.
Doorgaans, als dergelijk onderzoek wordt gedaan, kijkt men naar hoe de Europeanen het gebied naar hun zin hebben gezet; welke Europese structuren en gebruiksvoorwerpen er te vinden zijn.
Dit traject kijkt naar wat er hopelijk nog te vinden is van de Afrikaanse invloeden, maar ook naar hoe de nakomelingen van de totslaafgemaakte Afrikanen na de afschaffing van de slavernij met de plantage zijn omgegaan.”
Plantage Toledo bleef na de afschaffing van de slavernij in handen van nakomelingen van de familie Weegman.
Het is niet toevallig dat wij dit project in 2025 starten. De plantage kwam in 1915 in bezit van onze familie, dus wij herdenken dit jaar dat het 110 jaar geleden is,” vertelt Marvin Hokstam, directeur en oprichter van Het Broos Instituut.
Hokstams grootvader Frederik Weegman was de laatste nakomeling van op Toledo totslaafgemaakte Afrikanen die op de plantage zijn gezin stichtte. Zijn vrouw, Bertholina Deekman, was een kleindochter van de vermaarde vrijheidsstrijder Broos wiens nakomelingen verderop de rivier, bij plantage Racarac woonden. Broos is de enige vrijheidsstrijder van wie er een foto bestaat; Het Broos Instituut is naar hem vernoemd.
— Afro Magazine (@_Afromag) January 22, 2025
De kinderen en kleinkinderen van het echtpaar Weegman-Deekman hebben de plantage altijd onderhouden. Het is een magische plek waar het heerlijk vertoeven is.
https://www.youtube.com/shorts/8vvCMbJ1w-I
Wij zijn natuurlijk benieuwd naar wat de studenten zullen vinden; zo komen we wellicht meer te weten over onze voorouders. Dat ze de plantage overnamen na de slavernij zegt in ieder geval al dat het trotse mensen waren die hun menswaardigheid preserveerden ondanks zij tot slaaf gemaakt waren. En dat vasthouden aan trots had je door de hele Afro Surinaamse gemeenschap heen, alleen is er niet genoeg onderzoek naar gedaan. Wij nemen het voortouw.”
De jongeren die meedoen aan het traject zijn archeologie- en geschiedenisstudenten en enkele toekomstige neerlandici. Zij zullen vooralsnog een week lang vertoeven op de plantage; de archeologie studenten gaan met hun docenten langs bospaden de bodem onderzoeken. Twee woudlopers begeleiden de groep. Aan het eind schrijven de archeologiestudenten een wetenschappelijk verslag.
De studenten Nederlands gaan mee om journalistieke verslagen te doen, waarmee ze hun schrijfvaardigheid aanscherpen. Hokstam, een veteraanjournalist en oprichter van AFRO Magazine verzorgde voor hen een gastcollege journalistiek, voorafgaand aan het traject .
Deze week interviewen studenten nakomelingen van Toledo om meer inzicht te krijgen in de geschiedenis van de plantage. Hun artikelen worden gepubliceerd in AFRO Magazine.
Ik ben er toch wel trots op dat ik hieraan mag deelnemen. Er is zoveel over de slavernij dat alleen vanuit een Europees perspectief verteld is. Nu mag ik deelnemen in een project dat een ander perspectief biedt,” zei één van de studenten enthousiast.
Het Broos Instituut financiert het project deels met eigen gelden "omdat we het belangrijk vinden dat dit soort initiatieven zelf vanuit de Afro-gemeenschap aangezwengeld en waar mogelijk ook betaald worden" èn zij kreeg op de valreep nog een deelsubsidie van Dutch Culture. Een aanvraag voor ondersteuning die Stichting US4US deed bij de Nederlandse ambassade in Suriname, is nog in behandeling.
De bedoeling is dat het archeologisch onderzoek te Toledo voortgang blijft vinden. Het Broos Instituut heeft samenwerkingsovereenkomsten met Afrikaanse en Amerikaanse universiteiten die ook interesse hebben getoond om met hun studenten deel te nemen in de toekomst. Het Broos Instituut werd opgericht in 2022 en is hard op weg om de eerste Afrikaanse universiteitscampus in Europa te openen. Ondertussen ging vorige week het tweede blok van start van de Africana Development Cursus die zij aanbiedt in samenwerking met de AdeKUS en de Kwame Nkrumah University of Science and Technology (KNUST) in Kumasi, Ghana. Deze cursus is het eerste universitaire programma ooit in Nederland dat de Afrikaanse gemeenschap centraal plaatst. Het Broos Instituut lanceert dit jaar ook verschillende onderzoeksprojecten die zich richten op de slavernijroutes in Ghana, in samenwerking met een partneruniversiteit in het Afrikaanse land. Vorig jaar was Het Broos Instituut ook betrokken bij een project met de St. Eustatius Burial Ground Alliance, dat zich onder andere richtte op stoffelijke resten van Afrikaanse totslaafgemaakten die op St. Eustatius gevonden waren. Dit project resulteerde in de uitgave van de Statia uitgave van Afro Magazine. Het tijdschrift is nog verkrijgbaar door een bericht te sturen naar AFRO Magazine, via het contactformulier op deze website. |