Afbeelding

Niet alle nieuwe plekken die je ontdekt in steden waar je graag komt, zitten in obscure donkere straatjes die de elite je afraadt om in te lopen.
Daarom keek ik ook een beetje vreemd op vorige week, toen ik in mijn hotel in Antwerpen zei dat ik per se in een Afrikaans restaurant mijn avondeten wilde nuttigen, en men mij eentje aanbeval in het hartje van de stad. Echt, daar, langszij een druk plein aan de Statiestraat pal naast de bomvolle winkelstraat vanuit het Centraal station, vond ik Bantu Restaurant and Lounge Bar.
Ik knikte naar de Zwarte mannen die gezellig zaten te chillen op het terras en ze knikten allemaal glimlachend terug -“we see you”- en ik glipte naar binnen. Een smaakvol ingerichte lounge verwelkomde me. De eigenaresse, Martine Moke, glimlachte ook naar me, maar verder was ze bezig tussen de bar en de keuken en soms een hartelijk gesprek met haar vaste klanten.
Natuurlijk bestelde de eenkennige ik de vis. Een flinke dorade, een kommetje bruine fried rice en plantain. Bruh!
Terwijl ik ervan zat te genieten, keek ik mijn ogen uit. Martine had overduidelijk een liefdesrelatie met Afrika. De kaart van het continent is groot geschilderd op het plafond, maar ook aan weerszijden van de lounge. Verschillende doeken uit Afrikaanse landen brengen de lounge smaakvol tot leven. In glazen vitrinekasten die in de bar zijn ingebouwd een set prachtige bronzen beelden. Het lijken wel Italiaanse meesters, maar de Afrikaanse invloeden spatten eraf.
En daar eet je dus tussen. Bruhh! Dit hoort toch de standaard te zijn voor al onze eterijen!
“Die beelden heb ik op de markt in Congo gekocht,” vertelt Martine wanneer ik haar aandacht even heb kunnen trekken. Ik kon het natuurlijk niet laten. “Vertel me meer over Bantu!”
En Martine vertelt ronduit in een notendop dat ze geboren is in Congo -vader Congolees, Moeder Belgisch- en dat ze als klein meisje met haar moeder naar Antwerpen verhuisde. Ze groeide er op, startte er verschillende succesvolle ondernemingen, maar Congo bleef trekken, dus verhuisde ze er uiteindelijk naartoe en bleef er tot een drietal jaren geleden. “Mijn man kwam te overlijden en er alleen blijven was te emotioneel voor me.”
Eenmaal terug in Antwerpen, wilde ze iets doen met haar passie: koken. En dat werd Bantu, het restaurant genoemd naar de mensen waar ze van afstamt.
De deuren van het restaurant gingen vorig jaar open. Het loopt goed, vertelt Martine. Het is echt een trekpleister. Op vrijdagavond is het jammen.
Haar plan is om boven het restaurant enkele apartementen te bouwen voor gasten. “Het wordt een AirBNB, dus mocht je weer in Antwerpen zijn, dan weet je dat.”
Ze moet terug naar de bar en de keuken en de vaste klanten
“Nog even over die beelden onder je bar. Ik wil die ook,” zeg ik nog. Ze glimlacht bij de gedachte aan haar antwoord. “Dan moet je naar Gombe. Daar woonde ik. Het enige is dat je niet meer terug zal willen komen.”
Die is nu op mijn bucket list dus.
Marvin (HOX) Hokstam Baapoure is journalist, schrijver, educator, habituele dingen-op-hun-kop gooier en oprichter van AFRO Magazine en Het Broos Instituut..