Afbeelding

Overheid: we registreren geen nationaliteit en etniciteit van COVID-19 patienten - LPS blijft oneens

De Nederlandse overheid blijft erbij dat het niet registreert welke nationaliteit en etnische achtergrond COVID-19 patiënten hebben. “Iemands sociaaleconomische omstandigheden worden ook niet geregistreerd; dit heeft oa te maken met de privacy van mensen,” schreef de directeur van Publieke Gezondheid H. Soorsma aan het Landelijk Platform Slavernijverleden (LPS).

Dit was in antwoord op zorgen die het LPS in april had geuit over het gebrek aan duidelijkheid over hoe zwaar de afro gemeenschap in Nederland geraakt wordt door het Coronavirus; onderzoek in Amerika en Engeland heeft uitgewezen dat de slag bij de zwarte gemeenschappen daar disproportioneel harder aankomt. Het LPS is het niet met Soorsma’s stellingen eens.

In haar brief in april aan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), vraagt het LPS om gegevens over het aantal besmettingen en sterfgevallen gespecificeerd naar etniciteit, nationaliteit, woongebied en sociaaleconomische omstandigheden. Het vraagt de overheid dat wel te overwegen, aangezien “mensen van Afrikaanse afkomst vanwege institutioneel racisme slechtere medische behandeling zouden kunnen krijgen en dat de Coronamaatregelen in het onderwijs slecht kunnen uitpakken voor studenten van Afrikaanse afkomst.” Daarnaast zijn mensen van Afrikaanse afkomst ondervertegenwoordigd in Corona panels in de Nederlandse media. “Wie men niet ziet hoort men niet',” waarschuwde het LPS.

Publieke Gezondheidsdirecteur Soorsma zegt dat dit niet nodig is. “Alleen de gegevens die nodig zijn voor het verlenen van zorg worden uitgevraagd en geregistreerd. Etnische en sociaaleconomische achtergrond vallen hier niet onder omdat deze gegevens geen invloed hebben op de medische behandeling van Corona patienten. Factoren die van invloed kunnen zijn op de behandeling worden wel geregistreerd.”

Barryl Biekman van het LPS gaat daartegen in. “Het is bekend dat ‘raskenmerken’ wel degelijk een rol spelen bij vooral laboratorium onderzoeken. Bijvoorbeeld door de aanduiding ‘negroïde’ op de uitdraai van de testresultaten. Dit is recentelijk ook bevestigd door geraadpleegde artsen. Vernomen is dat de duiding ‘zwart’ ook wordt gebruikt in verband met vergelijkingsmodellen. Impliciet vindt er dus wel registratie plaats. Met andere woorden: sterftecijfers ten aanzien van in ieder geval personen van Afrikaanse afkomst kunnen geleverd worden. Huisartsen hebben ook de beschikking over informatie ten aanzien van niet-westerse gemeenschappen,” schrijft ze in een reactie.

Ze voegt eraan toe: Wij zeggen niet dat het in Nederland op dit moment ook het geval is. Maar een CNN reportage laat het schokkend nieuws horen dat zwarte baby’s een grotere kans hebben om te sterven als ze in handen worden gesteld van witte doctoren. Tiye International jaren [heeft] geleden toen zulks ook aan de orde was in Nederland in het kader van de Sustainable Development Goals, tevergeefs haar bezorgdheid geuit. Dit nadat het CBS onderzoekscijfers publiceerde waarbij het sterftecijfer onder ‘zwarte’ baby’s en - moeders relatief hoger lag ten opzichte van ‘witte’ baby’s en -moeders.

Biekman geeft ook aan dat er formulieren bestaan die patiënten en familieleden moeten invullen bij ziekenhuisopname en of in verband met voorbereidingen van medische ingrepen waar de anesthesist bijvoorbeeld betrokken is. “De formulieren bevatten referenties op grond waarvan de etniciteit en/of de nationaliteit kunnen worden afgeleid en/of vastgesteld.”

“Elk leven geldt, telt en is belangrijk. Ten aanzien van mensen van Afrikaanse afkomst is juist vanwege de structurele achterstelling op vele gebieden door de Verenigde Naties extra aandacht en zorg benadrukt wanneer het om dit soort aangelegenheden gaat. Dat is ook de reden dat de VN Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens ook aan Nederland om informatie heeft gevraagd.”

Ze herhaalt het verzoek om informatie daarom ook.

Want hoe is het mogelijk dat in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika, om twee voorbeelden te noemen, de cijfers wel bekend zijn en in Nederland niet?

"De vraag van de VN Hoge Commissaris is vooral ingegeven door de statistieken die verwezen naar het hoge sterftecijfers naar de kant van mensen van Afrikaanse afkomst toe. Moeten we dus genoegen nemen met het verkregen antwoord aan uw zijde? Neen dus!”

Biekman reageert ook met klem op een rapportage van de directeur Publieksgezondheid, dat er wordt bekeken “hoe we vanuit beschikbare capaciteit kunnen bijdragen aan het verzekeren van vaccins voor kwetsbare landen, bijvoorbeeld in Afrika”.

“De wereldwijde vrees is dat Afrikanen en mensen van Afrikaanse afkomst zoals gebruikelijk in het (recente) verleden (wederom) als testobjecten zullen worden ingezet. De beantwoording van de vraag stemt nog niet tot tevredenheid. [En] het is ons niet duidelijk hoe we dit antwoord moeten interpreteren. Wat moeten we begrijpen onder het begrip ‘kwetsbaar’. Kwetsbaar in perspectief van de omvang van het virus? De gepubliceerde feiten en cijfers laten juist zien dat de meest getroffen landen zich bevinden in het Amerikaanse, Aziatische en het Europese continent. Of kwetsbaar omdat ze niet in staat zijn om zelfstandig levensreddende zorg te leveren.

En op Soorsma’s aankondiging dat “Astrazenica, de producent van de beoogde vaccins, ook in gesprek is met een aantal Afrikaanse landen over klinisch onderzoek” zegt ze dat “we alle redenen hebben om ons zorgen te maken. Hoe moeten we deze volzin waarderen? Gaat het hier om het testen van de ontwikkelde vaccins. Dit terwijl er al Afrikaanse landen zijn maar ook Cuba waar veel wijsheid is gegenereerd op het gebied van de bestrijding van het virus." 

"Terwijl Astrazeneca zijn voelhorens uitsteekt en capacitief ontwikkelt, kennis en inzicht in Afrika opdoet, zal het uiteindelijk vooral dit bedrijf zijn die met de eer gaat strijken en kapitalen aan het vaccin zal verdienen. En zijn zoveel goede bijdragen uit Afrikaanse landen voortgekomen op het gebied van levensreddende al dan niet alternatieve geneesmiddelen vooral tijdens de Trans-Atlantische slavernijperiode en toch wordt de eer niet toegekend aan zij die het verdienen."