Afbeelding
dr. Emmanuel Adu-Ampong
dr. Emmanuel Adu-Ampong
“Het is belangrijk dat we nagaan hoe we toerisme kunnen inzetten voor een beter begrip van het onderwerp slavernij en van onszelf en wat ons bindt. Hoe kunnen we aan slavernij gerelateerde historische locaties transformeren tot plaatsen voor erfgoedtoerisme? Hoe kunnen we dergelijke plaatsen inzetten voor publieke herinneringen, voor het beleven van verhalen over het verleden, identiteit en verbondenheid?”
Woorden van dr. Emmanuel Adu-Ampong, de Ghanees-Nederlandse onderzoeker die de conferentie Tourism, Memory and Heritage organiseert, tijdens welk actoren, beleidsmakers en onderzoekers van gedachten zullen wisselen over “hoe we economische voordelen kunnen plukken uit Afrocentrisch toerisme en deze industrie tegelijkertijd haar invloed laten hebben op de politieke ontwikkelingen tussen Nederland, Ghana en Suriname.”
https://www.youtube.com/watch?v=MqDQQAuSDl0?">
Dr. Adu-Ampong, verbonden aan de Universiteit van Wageningen als Assistant Professor in Cultural Geography, verricht onderzoek naar het Slavernij, Erfgoed en Toerisme in de Driehoek Ghana-Suriname-Nederland. Met als onderzoeksvraag “Hoe herinneren, vertellen en gedenken wij ons verleden?” onderzoekt hij de rol van toerisme in de verandering van slavernij-gerelateerd erfgoed in de drie landen, om te laten zien hoe toerisme collectieve herinneringen en discussies voedt over de gevolgen van slavernij voor gemeenschapszin, discriminatie en racisme in de huidige samenleving.
“In onze steeds diverser wordende samenlevingen kunnen verhalen over ons verleden ons samenbrengen of uit elkaar drijven. Nederland worstelt met verhalen over slavernij en kolonisatie. De mensen van Afrikaanse afkomst belichamen dit verleden, maar hun verhalen zijn vaak afwezig omdat deze worden beschouwd als potentieel controversieel en verdeeldheid zaaiend. Debatten over zwarte Piet en incidenten van racisme illustreren deze verdeeldheid maar vooral ook de relevantie van historisch besef. Toerisme kan bijdragen aan een toename van het historisch bewustzijn, door slavernijgerelateerde sites om te vormen tot plaatsen van gezelligheid en herinnering,” beargumenteert hij.
Dr. Adu-Ampong benadrukt dat hij ook een persoonlijke motivatie heeft voor zijn werk.
Ik ben Nederlands en ik ben Ghanees en ik heb kinderen van Nederlandse en Ghanese afkomst. Ik wil dat zij opgroeien met bewustzijn van waarom dingen zijn wat ze zijn; dat wij hier zijn omdat er dingen gebeurd zijn in het verleden. We kunnen de hedendaagse uitdagingen alleen aanpakken als we het systeem en het verleden erachter snappen.”
Tijdens de conferentie op 1 en 2 juni in het Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) zal hij zijn onderzoek presenteren. Hij benadrukt dat het geen toeval is dat de conferentie plaatsvindt in het Slavernijherdenkingsjaar. “Het draagt bij aan de dialoog en daarom ben ik blij dat er deelnemers aanwezig zullen zijn uit Suriname, Nederland, Ghana en het Verenigd Koninkrijk. Beleidsmakers, academici en uitbaters allemaal samen om het te hebben over het verleden van slavernij en de mogelijke toekomst van toerisme. Over hoe we samen huidige situaties kunnen veranderen door al die verborgen verhalen en geschiedenissen te presenteren.”
Ja, we hebben het over de toekomst van het verleden. Het is duidelijk dat we beter in staat zullen zijn om te toekomst tegemoet te gaan als we het verleden snappen; maar laten we dat verleden ook zijn plek te laten innemen in een industrie als toerisme? Toerisme is niet alleen grote steden bezoeken of luieren op Caribische stranden. Er zijn ook toerismemogelijkheden in onze Afrocentrische roots. Toerisme kan ervoor helpen zorgen dat plekken die voorheen niet begaanbaar waren, wel bereikbaar worden voor mensen die geïnteresseerd zijn.
Toerisme kan helpen om op een andere manier om te gaan met de pijnlijke geschiedenis van slavernij.
En het kan wellicht mogelijkheden creëren voor de nakomelingen van die pijnlijke geschiedenis, om er ook economisch voordeel uit te halen; we moeten het ook hebben over wie eraan moet en mag verdienen. Daarom moeten we het erover hebben.”
Dr. Adu-Ampong ontving voor zijn onderzoek fondsen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en van het KNAW.
Dr. Adu-Ampong hoopt dat dit de eerste van vele toekomstige conferenties is over dit onderwerp. “Ik hoop dat wij een netwerk van onderzoekers en beleidsmakers en uitbaters kunnen opzetten, dat de dialoog hierover levend houdt zodat er beleid hieromtrent wordt gevormd.”