Afbeelding

The Black Panthers: Vanguard of the Revolution

Het is bijna 50 jaar geleden dat de Black Panther Party werd opgericht in Oakland, California door Huey Newton en Bobby Seale. Het was één van de meest belangrijke organisaties in burgerrechtenbeweging in de Verenigde Staten.

Filmmaker Stanley Nelson’s documentaire over de groep, The Black Panthers: Vanguard of the Revolution herinnert aan een tijd waarin het protest van jonge mensen tegen onderdrukking georganiseerd, militant en politiek werd.

"The Black Panthers: Vanguard of the Revolution," schijnt een zoeklicht op de bijdragen, geloofsovertuigingen en de strijd van de leden van de partij. De informatieve film bediscussieert de waardheden achter de Black Panthers en onderstreept de zware institutionele terugslag die deze vrijheidsbeweging kreeg van de politie en de Amerikaanse overheid.

Nelson’s film is waardevol voor de manier waarop het een opsomming maakt van de aanvankelijke idiologie van de Panthers en de manier waarop Newton, Seale, en Eldridge Cleaver hun militarisme rechtvaardigden. Hoe ze “goede accomodatie en onderwijs wilden en een eisten date r een eind kwam aan het politiegeweld en de moorden van zwarte mensen.”

De film is bewonderenswaardig voor hoe vrouwelijke leden van de Panther Party vaak aan het woord komen, zoals Elaine Brown en Kathleen Cleaver die zich aangetrokken voelden door de lofwaardige doelen van de partij, maar ook de wrange smaak proefden van haar door mannen gedomineerde en soms vrouwonvriendelijke stijl.

De Black Panther Party (kortweg Black Panthers of Zwarte Panters) was een militante Afro-Amerikaanse politieke organisatie, opgericht in Oakland (Californië) in de Verenigde Staten in 1966 onder de naam Black Panther Party for Self-Defense. De beweging richtte zich op verkrijging van sociale en burgerrechten voor de zwarte minderheid in het land, waarbij geweld een aanvaardbaar middel kon zijn.

De Amerikaanse federale politie FBI volgde de Zwarte Panters in het kader van programma's die gericht waren tegen haatgroeperingen in de Verenigde Staten. Dit gebeurde via Cointelpro, "Counter Intelligence Program", dat was opgezet om dissidente politieke groepen in het land te onderzoeken en te verstoren.

The Black Panther Party (BPP) had vier cruciale wensen: gelijkheid in onderwijs, accomodatie, werkgelegenheid en burgerrechten. Om deze wensen te realiseren was er een tienpuntsplan opgesteld.

De partij was in de Verenigde Staten actief tot 1982.