Ruimte
Arnhem raadslid Nathalie Nede (ChristenUnie) sprak afgelopzen Zaterdag 20 mei 2023 tijdens de opening van het Keti Koti - Kibra Kadena Festival in Arnhem. Ze deelde haar speech met ons:
We staan aan de voormiddag van het herdenkingsjaar van het slavernijverleden. Voor de derde keer staan we hier in Arnhem bij stil. En dat ik hier vandaag sta is bijzonder. Het is mij namelijk voorgaande jaren ook gevraagd, maar toen heb ik de boot afgehouden. Naast dat ik er niet van hou om voor groepen te spreken, twijfelde ik of het wel gepast was, om als raadslid dat de herdenking en viering van Keti Koti in Arnhem vanuit de raad heeft aangejaagd (wat zonder Barbara niet was gelukt) dan zelf hier het podium te pakken. Ook al werd het me aangeboden. Waarom ik hier vandaag toch sta, wordt hoop ik duidelijk aan de hand van wat ik ga zeggen.
De derde keer Keti Koti in Arnhem. Begonnen in een coronajaar, maar toen al indrukwekkend. Vorig jaar doorgegroeid en dit jaar grootser dan ik had kunnen bedenken. Met Keti Koti nemen we ruimte in. Ruimte om een ander deel van de geschiedenis te vertellen. Ruimte om trots te mogen zijn, op de vrijheidstrijders waarvan de namen niet in de geschiedenisboeken staan vermeld. Tula, Boni, Toussaint Louverture, Virginia Graai en ga zo maar door.
En mensen zeggen of denken wel eens, is dat nou nodig? Om in elke stad hier groots aandacht aan te besteden? Het is toch al zo lang geleden? Jij hebt toch geen slavernij meegemaakt?
Ik wil graag even stilstaan bij die vragen en opmerkingen en wat die eigenlijk doen.
Die vragen en opmerkingen proberen namelijk de ruimte te beperken. Want er wordt wel altijd gezegd dat iedereen zichzelf mag zijn, maar om jezelf te kunnen zijn heb je vrijheid en ruimte nodig. En dat is wat we doen met het herdenken van het slavernijverleden. We staan stil bij onze vrijheid, vrijheid die helaas niet vanzelfsprekend is. En we nemen ruimte in. We claimen een plek. Want ook ruimte is geen gegeven.
Soms krijg je ruimte, soms moet je ruimte nemen. Maar in een tijd waarin diversiteit en inclusie hip en happening zijn, gaan we daar soms aan voorbij. We willen iedereen gelijkwaardig behandelen dat we soms doorslaan naar gelijkheid. Waarbij ruimte en identiteit verloren dreigen te gaan. We mogen ruimte innemen. Zoals Rosa Parks haar plek in de bus in nam en niet afstond. Zoals bij de Selma Marches ruimte werd ingenomen, om ruimte te krijgen, RECHT te krijgen om te stemmen, om mee te kunnen beslissen over het land waar je in woont. Ruimte die Jim Crow niet wilde geven. Zoals Shirley Chisolm als eerste zwarte vrouw haar plek in nam in het Huis van Afgevaardigden en als eerste zwarte vrouwelijke presidentskandidaat haar ruimte innam. Zoals ze het zelf zo mooi zei: “If they don’t give you a seat at the table, bring a folding chair” : Als ze je geen plek aan tafel geven, neem dan een klapstoel mee. Zo mag iedereen ook een plek claimen. Je plek claimen doet niets af aan gelijkwaardigheid. Om je plek te kunnen claimen, moet soms iemand ruimte maken. Als je in een vliegtuig of in een bioscoop komt en er zit iemand op jouw stoel, wat doe je dan? Dan verzoek je die persoon om van jouw stoel te gaan. In onze samenleving kan er soms ook iemand op jouw stoel gaan zitten. En wat doe je dan?
Mag de witte Marieke Lucas Rijneveld de gedichtenbundel van Amanda Gorman vertalen, als Amanda Gorman als schrijver en als mens gevormd is door haar kleur? Als zij spreekt over de Hills we climb, de heuvels die wij beklimmen, kan iemand die niet diezelfde heuvels heeft beklommen daar de ruimte innemen? En als Marieke Lucas wordt aangewezen om de gedichtenbundel van Amanda Gorman te vertalen, mag een Zaire Krieger dan opstaan en zeggen: Je zit op mijn plaats?
Misschien heeft iemand extra betaald voor die stoel in het vliegtuig, of misschien heeft iemand heuvels beklommen die jij niet hoefde te beklimmen. Soms heeft iemand meer recht op een plek dan een ander.
Hieraan zie je de doorwerking van het slavernijverleden. Want het slavernijverleden waar we bij stil staan was gestoeld op het ontnemen van andermans ruimte. Het koloniseren van landen, simpelweg het afnemen van iemands ruimte, iemands land. Het wegschepen van mensen, uit hun eigen land, uit hun eigen ruimte. In schepen waarin geen ruimte was, waarin mensen als sardientjes in een blik werden gepropt. Verscheept naar een land, wat niet hun ruimte was. Gedwongen tot zware arbeid, in kleine hutjes moesten verblijven. Geen ruimte, geen privacy, geen identitieit.
De ruimte die toen is ontnomen, daarvoor moet nog steeds gestreden worden. Want om ruimte te krijgen, moet een ander plaats maken. Een stap naar achter doen, soms zelfs volledig ontruimen. Zodat er in vrijheid weer een eigen plek van kan worden gemaakt.
Maar nog steeds is het nieuws als de eerste zwarte man een maanmissie bij NASA krijgt. Nog steeds hebben we de eerste zwarte vrouwelijke partijleider in de Tweede Kamer en zoveel andere “eerste personen van kleur” die hun ruimte weten te verwerven.
Als we ruimte krijgen, als we ruimte nemen, wat kunnen we daar dan mee? Houden we die ruimte voor onszelf? Of nemen we iemand mee? Toen Harriet Tubman haar vrijheid en haar ruimte had ingenomen, nam zij mensen mee. Zoveel als ze kon. Als ik kijk naar de organisatie van Keti Koti hier in Arnhem, over de afgelopen 3 jaar, kan ik zeggen dat ik trots ben. Want ze nemen anderen mee. Zoveel als mogelijk.
Om dan weer even terug te komen op waarom ik hier vandaag sta. Ik neem vandaag mijn ruimte in. En ruimte innemen doe je niet voor jezelf. Dat doe je voor de mensen die na jou komen, voor de volgende generatie. Dat is waarom die ruimte zo belangrijk is. Dat is waarom die ruimte zichtbaar moet worden ingenomen. Toen mijn nichtje een jaar of 7 was, vertelde ze dat als ze later groot is ze of dokter, of mega mindy wilde worden. Maar zei ze daarna… Ik kan geen dokter worden, want dat zijn alleen witte mensen. En dat is waarom het belangrijk is dat wij onze plek innemen. Omdat wij het voorbeeld mogen zijn voor de volgende generaties.
Vorige week bij onthulling van het kunstwerk ter nagedachtenis aan het slavernijverleden van de provincie Gelderland, vroeg iemand mij of een 22 jarige, ambitieuze jongedame mijn dochter was. Want: zo zei diegene het: Ik keek vol trots naar haar. En daar waar ik me ergens een beetje beledigd voelde dat iemand dacht dat ik een dochter van 22 zou hebben, was het eigenlijk een heel mooi compliment. Want ik ben ook trots. Ik ben trots op iedereen die vanuit een gemarginaliseerde groep vecht voor een plek. En ik hoop dat we straks niet meer hoeven te vechten, maar dat er ruimte zal zijn, dat we anderen meenemen en dat we trots op elkaar zijn.
Vandaag neem ik mijn ruimte in. En die deel ik graag met jullie.
Nathalie Nede
Nathalie Nede is redacteur bij AFROMagazine.nl.
Daarnaast is ze raadslid in Arnhem voor ChristenUnie