Afbeelding

Chander Mahabier en Riezvi Jessurun

Surinaamse zorgcrisis raakt artsen tot op het bot

Naast economische malaise, gebrek aan middelen en gekwalificeerd zorgpersoneel, extreme werkdruk en het voortdurend opboksen tegen een afwachtende Surinaamse overheid, levert de zorgcrisis mooie contacten op voor gepensioneerd chirurg Chander Mahabier en orthopedisch chirurg in opleiding Riezvi Jessurun. Dat vertellen ze in een snoeiharde context, want de crisis in Suriname is volgens beide artsen groot. Mahabier: “Een dieptepunt dat ik nog niet eerder in dertig jaar heb meegemaakt. De zorg in Suriname is failliet.”

Door Miriam van Coblijn

Suriname moet met lede ogen toezien hoe verpleegkundigen en andere zorgmedewerkers hun heil zoeken in Nederland en op de Antillen. Behalve een significante toename van een braindrain onder medisch personeel, hebben ook de economische crisis, de coronacrises van 2021 en de hoge inflatie gaten in de ziekenhuisbegrotingen geslagen, waardoor medicijntekorten dreigen en apparatuur niet kan worden vernieuwd.

Welke koers vaart president Chandrikapersad Santokhi met voormalig voor cokehandel veroordeelde rebellenleider Ronnie Brunswijk als vice-president aan zijn zijde? Voor het eerst sinds mei 2008 bezocht in september jl. een Nederlandse minister-president Suriname. Veel maakt het bezoek van Mark Rutte niet los in het land. De Surinaamse bevolking is vooral bezig met overleven in tijden van extreme inflatie, de Surinaamse dollar is sterk in waarde gedaald en de inflatie is met ruim 50 procent ten opzichte van vorig jaar nog veel hoger dan in Nederland.

Veel maakte het bezoek van Mark Rutte afgelopen september niet los in het land. De Surinaamse bevolking is vooral bezig met overleven

Jarenlang was de relatie tussen Nederland en Suriname ronduit slecht. Dat had voor een belangrijk deel te maken met de Nederlandse kritiek op Desi Bouterse, die van 2010 tot 2020 de president was van het Zuid-Amerikaanse land. De Surinaamse krijgsraad legde de 76-jarige Bouterse op 30 augustus 2021 opnieuw twintig jaar celstraf op voor zijn betrokkenheid bij de moord op vijftien politieke tegenstanders in 1982. Andersom klonk het verwijt dat Nederland zich te veel bemoeide met zijn voormalige kolonie, wat de ontwikkeling van Suriname zou remmen. Daarnaast is er nog altijd sprake van corruptie en – ook onder Santokhi – van vriendjespolitiek.

Dat, terwijl de Surinaamse bevolking maar nauwelijks kan rondkomen. Ook is de kwaliteit van de gezondheidszorg ronduit zorgwekkend. Met als triest dieptepunt het overlijden van twee babies in juli jl.in het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP) wegens gebrek aan neonatale hulpmiddelen.

Zware zorgcrisis

Chander Mahabier en Riezvi Jessurun, twee toegewijde Surinaamse artsen, gaan in op de huidige stand van zaken van de Surinaamse gezondheidssector. Mahabier is al ruim tien jaar actief als algemeen coördinator in het Mungra Medisch Centrum (MMC) te Nickerie in Suriname. Riezvi Jessurun is orthopeed in opleiding bij het Maastrichts Universitair Medisch Centrum.

Mahabier: “Op dit moment is de zorg in het land erg slecht, een dieptepunt dat ik nog niet eerder in dertig jaar heb meegemaakt. De zorg in Suriname is failliet; er is geen geld en ook nog eens sprake van slecht bestuur. Afgelopen week moest ik in het MMC in Nickerie iemand met darmkanker opereren. Er bleken geen gazen te zijn. De operatie werd uitgesteld en de gazen zijn met spoed besteld in Paramaribo en hiervan worden acht gebruikt voor de uitgestelde operatie. Uiteindelijk lukt het dan wel na veel heen en weer bellen. En dan maar hopen dat het vier dagen eerder bestelde bloed ook beschikbaar is! Het is één van de vele voorbeelden. De zorg verkeert landelijk in de problemen. Velen werken er hard aan om uit deze dip te komen. Gebrek aan geld en goed bestuur zijn de grootste zorgen.”

Welke waarden zijn voor jullie belangrijk?

Chander Mahabier achter zijn bureau
Chander Mahabier achter zijn bureau in het Mungra Medisch Centrum Nickerie - © Chander Mahabier

Mahabier: “Voor elkaar zorgen, elkaar helpen, transparant zijn. Het gaat niet alleen om jezelf maar om het grotere geheel. Dat zijn voor mij waarden die je altijd zou moeten toepassen. Op een normale respectvolle manier met elkaar omgaan is cruciaal. Je moet het maximale uit jezelf halen, dat is een verplichting aan jezelf maar ook aan je omgeving.”

Jessurun: “Voor mij is waardigheid voor de kwetsbare medemens belangrijk. Iedereen is kwetsbaar en we hebben elkaar nodig om de wereld te verbeteren. De wederkerigheid in het kwetsbare is een waarde die ik belangrijk vind. Dat pas ik ook toe in de zorg. Het is een zoektocht om dat iedere dag weer te blijven zien, maar wel een kernwaarde voor mij.”

Riezvi, hoe kijk je naar je oudere collega Mahabier die dit pad al doorlopen heeft en nog steeds zijn expertise voor Suriname inzet?

“Zelf verruilde ik eind vorig jaar mijn vertrouwde plek op de spoedeisende hulp van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo voor een opleiding tot orthopedisch chirurg aan het Maastrichts Universitair Medisch Centrum,” vertelt Riezvi Jessurun. “In mijn ogen is Mahabier voorbeeldig. Zijn inzet verdient navolging. Ik juich het van harte toe dat meer specialisten uit Nederland hun bijdrage leveren aan de gezondheidszorg in Suriname. Zijn commitment als arts ervaar ik als positief. Mijn bewondering hiervoor verbloem ik niet. Hij is een specialist om tegenop te kijken en het is bewonderenswaardig hoeveel tijd en energie hij beroepsmatig investeert. Nu hebben anderen ook ten optimale profijt van zijn verworven kennis, kundigheid en kader.”

"Wij doen ons uiterste best nieuwe kandidaten te werven om de continuïteit van de zorg te waarborgen”

Mahabier: “Danki, collega Jessurun! Sinds 2012 is er onder mijn leiding en collega-arts Van Rossem sprake van een structurele ondersteuning met topspecialisten uit Nederland, gecoördineerd op verzoek van de toenmalige directie van het MMC te Nickerie. Naast hun normale werkzaamheden zijn deze collega’s gedurende hun hele verblijf 24 uur per dag bereikbaar. Het Nederlandse team bestaat uit chirurgen, orthopedisch chirurgen, cardiologen, radiologen, gynaecologen, kno-artsen en urologen en soms ook internisten. De samenwerking met de lokale artsen is goed.”

“Zij zijn er zich van bewust dat zonder de aanwas van Nederlandse specialisten, het voortbestaan van het ziekenhuis in Nickerie ernstig in het gedrang komt,” vervolgt hij. “Namens de Nederlandse specialisten die in het MMC in Nickerie werkzaam zijn, heb ik al eerder, maar ook nu weer, het woord gericht tot lokale overheden over de zorgelijke financiële omstandigheden van het ziekenhuis. Maar een aantal specialisten dient vanwege hun leeftijd of expirerende BIG-registratie afscheid te nemen van de werkzaamheden. Wij doen ons uiterste best om nieuwe kandidaten te werven om de continuïteit van de zorg te waarborgen.”

De Nederlandse specialisten nemen, vaak om humanitaire redenen, genoegen met een tegemoetkoming die veel lager ligt dan gebruikelijk is voor deze dienstverlening. Ook ontvangen zij een reiskostenvergoeding die het MMC zelf voorschiet en een fiets als lokaal vervoermiddel. Er is fatsoenlijke huisvesting en het vervoer binnen Suriname door het MMC ziekenhuis is uitstekend geregeld. Mahabier: “Voordat COVID uitbrak, was dit werk een belangrijke inkomstenbron voor het ziekenhuis. Er is namelijk sprake van een behoorlijke vergrijzing van de beroepsgroep specialisten in Suriname. Ook aan mijn rol komt onvermijdelijk een eind! Meer opleiden is een must om te voorkomen dat wij straks voor een groot deel afhankelijk zullen zijn van bijvoorbeeld artsen uit Cuba of de Filipijnen. Jessurun zal eenmaal terug aan het werk in Suriname, een voorbeeld zijn voor Surinaamse jongeren die wellicht dezelfde weg willen bewandelen. Ik hoop ook dat hij een stimulerende en actieve rol kan spelen in het opleiden van artsen tot specialist. Een mooi initiatief is een eventuele super specialisatie met nieuwe technieken in de orthopaedie wat ook patiënten uit onze buurlanden kan aantrekken. Samenwerken met andere collega’s aan de concentratie en optimalisatie van de orthopaedie in de vorm van een Orthopaedisch Centrum Suriname is aan te bevelen.”

Onderzoekbeurzen en veelbelovende arbeidscontracten lokken hoogopgeleide en gekwalificeerde werknemers weg vanuit Suriname naar met name Nederland en de Antillen

Onderzoekbeurzen en veelbelovende arbeidscontracten lokken hoogopgeleide en gekwalificeerde werknemers weg vanuit Suriname naar met name Nederland en de Antillen. Het verhaal is veel complexer dan louter ontwikkelingslanden die slechter af zijn met hoogopgeleiden in het buitenland. Een eerste punt is meer dan eens of een academicus na zijn opleiding terugkeert naar zijn land van herkomst. Zoals ook Mahabier al aangaf, ontstaan vanuit academische kringen ook netwerken van waaruit belangrijk werk kan worden gedaan.

Bouwt Nederland aan of staat ze in de weg van het realiseren van een goede gezondheidszorg in Suriname?

Jessurun: “Nederland bouwt coûte que coûte mee aan de zorg van Suriname. Het kennisniveau hier is gemiddeld hoog vergeleken met andere Europese landen. Dat behalen wij nog niet in Suriname door gebrek aan kader. Ook is de bevolking in Suriname te gering qua omvang, een groter aandeel specialisten biedt wel de optie tot super specialisatie, waardoor je dan in de diepte kunt investeren en niet zozeer in de breedte. We hebben kader nodig. Dat kan door hen goed te faciliteren en accommoderen. Het is een complex probleem.”

Jessurun en zijn zoon Ezra
Jessurun en zijn zoon Ezra die in Nederland is geboren - © Riezvi Jessurun

Mahabier: “Momenteel maakt Suriname een ongekend beroerde periode mee door overname van een failliet land, slechte gezondheidszorg en gebrek aan financiële middelen. De patiënt is hierbij zoals gebruikelijk altijd de dupe. Hardwerkende, welwillende collega’s zitten vaak wanhopig met de handen in het haar door gebrek aan materiaal en middelen om kwaliteit van zorg te bieden waar elk mens recht op heeft. Gezien de huidige goede relatie met Nederland valt het mij tegen dat er tot nu toe geen ruime bestuurlijke en financiële ondersteuning komt. Het hoeft niet veel te kosten en je bouwt aan een onvergetelijke positieve goodwill bij het Surinaamse volk.”

Volgens hem moet Suriname zelf ook de mouwen uit de handen steken om te werken aan de toekomst. Mahabier: “Bijvoorbeeld door het opleiden van specialisten volgens het Surinaamse model, waarbij een deel van de opleiding in Suriname en een ander deel in Nederland gevolgd wordt. De kandidaten nemen in Suriname een studielening – kost de staat niets – en in goed overleg kan Nederland faciliteren dat zij in opleiding betaald worden als arts-assistent. Na specialisatie krijgen zij een ‘Surinaamse Specialisten Bull’ waardoor de neiging om in Nederland te blijven geminimaliseerd wordt. Nederland kan op verzoek van Suriname in bestuurlijke zin bijdragen aan reorganisatie dan wel digitalisering van de gezondheidszorg. Het chaotische declaratiesysteem is een gruwel voor zowel de ziekenhuizen als Staatsziekenfonds. Het leidt tot hoofdbrekens en is bovendien fraudegevoelig. De Surinaamse regering heeft een budget van 100 miljoen SRD uitgetrokken als stimulans voor de gezondheidszorg. Bestemd voor de centrale inkoop van medische verbruiksartikelen, medicatie en wegwerpartikelen ten behoeve van de Surinaamse samenleving. Ook zijn er vanuit Nederland verdragsmiddelen geprioriteerd voor de zorgsector in Suriname.”

Wat zou je het meest missen als je niet meer naar Suriname zou kunnen om te wonen en werken?

Jessurun: “Mijn leven! Mijn mensen, mijn taal, mijn natuur, mijn muziek, het eten, de zegen van het land. Ik voel me optimaal Surinamer ondanks dat ik in Nederland geboren ben.”

Mahabier: “Mijn familie en vrienden. En de patiënten die van mij afhankelijk zijn en hun dankbaarheid. Geeft zo’n warm en bevredigend gevoel, daar doe ik het voor. Ik voel me zowel Surinamer als Nederlander en voel me senang in allebei de landen. Een verrijking voor mijn leven.”

Dit artikel is onderdeel van de serie ‘Surilines’, een onderzoek naar de banden tussen Suriname en Nederland in de aanloop naar vijftig jaar onafhankelijkheid. Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten en het Lira Auteursfonds Reprorecht.

Logo Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten