Afbeelding

orpagina "Een verkenning naar ervaringen van Caribische Nederlanders die migreren naar Europees Nederland"

Voorpagina "Een verkenning naar ervaringen van Caribische Nederlanders die migreren naar Europees Nederland"

Rapport: Medelanders uit Aruba, Curaçao, Sint Maarten voelen zich in Nederland vaak behandeld als tweederangsburgers

Burgers van Aruba, Curaçao en Sint Maarten die naar Europees Nederland migreren, voelen zich vaak behandeld als tweederangsburgers, blijkt uit nieuw onderzoek van het Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS).

In een bericht op haar website schrijft het Kennisplatform dat deze conclusie kwam nadat KIS-onderzoekers diepte-interviews voerden met tien vrouwen die geboren en/of getogen zijn op Aruba, Curaçao of Sint Maarten, en een Nederlands paspoort en dus de Nederlandse nationaliteit hebben.

Ondanks dat ze de Nederlandse nationaliteit hebben en in Europees Nederland mogen wonen en werken, ervaren ze niet altijd dat ze gelijkwaardige burgers zijn. Mensen lopen vast in procedures en regels die elkaar tegenspreken rond wonen, verzekeringen en uitkeringen. In het bijzonder gaat het om vrouwen die zich met een hulpvraag hebben gericht tot de gemeente.”

Signalen die naar voren wijzen op de mogelijke bureaucratische ongelijkheid en daarmee een mogelijke inbreuk op mensenrechten in Nederland.

Veel van de problemen worden veroorzaakt doordat deze Nederlanders niet over een BSN beschikken. Daardoor kunnen ze geen woning krijgen of onderwijs volgen. Ze worden gehinderd in het realiseren van deze fundamentele rechten, terwijl Europese Nederlanders dit niet ervaren. Dit kan duiden op institutioneel racisme. Met deze verkenning is een eerste aanzet gemaakt met het onderzoeken van mogelijk institutioneel racisme. Er is meer nodig om hier onderbouwde uitspraken over te doen: onder meer naar hoe collectief en structureel de achterstelling is die uit deze verkenning naar voren komt.”

Aanleiding voor dit onderzoek zijn de meerdere signalen van hulpverleners uit de praktijk en eerder onderzoek van KIS naar institutioneel racisme in Nederland. De geïnterviewden van dit KIS-onderzoek geven aan negatief te worden bejegend en ongelijk te worden behandeld door medewerkers van de gemeenten na aankomst in Europees Nederland. Ze worden onvoldoende geïnformeerd over hun rechten en worden niet tijdig geholpen.

De meesten weten niet eens dat ik een Nederlands paspoort heb"

Geïnterviewden geven aan dat ze discriminatie en racisme ervaren doordat ze anders worden behandeld vanwege hun huidskleur en hun afkomst. Ze krijgen geen concrete antwoorden van de gemeenten waarom ze niet in aanmerking komen voor een briefadres of voor sociale voorzieningen. Dit lange proces is slopend, niet alleen voor de vrouwen zelf maar ook voor hun kinderen of anderen uit hun omgeving.

Lees het  volledige bericht op de website van het Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS)

Download het rapport (pdf)

Wat is institutioneel racisme?

De term ‘institutioneel racisme’ heeft betrekking op racisme dat ingebed is in instituten: dat kunnen concrete organisaties zijn (zoals bedrijven, scholen en uitkeringsinstanties), maar het kan ook gaan om een institutioneel veld, zoals de arbeidsmarkt, de gezondheidszorg of het onderwijsveld. Institutioneel racisme betekent dat de processen, het beleid en de (geschreven en ongeschreven) regels van instituten ertoe leiden dat er ongelijkheid is tussen mensen van verschillende afkomst, huidskleur of religie. Belangrijk is dat het hierbij kan gaan om twee typen regels of processen: (1) processen (regels of beleid) die expliciet onderscheid maken en de bedoeling hebben om ongelijkheid te creëren, en (2) processen (regels of beleid) die niet expliciet onderscheid maken tussen groepen, maar in de praktijk wel ervoor zorgen dat de ene groep benadeeld wordt en de andere groep bevoordeeld. Tot slot is kenmerkend dat institutioneel racisme structureel en collectief is: het gaat niet over incidenten en het betreft niet het handelen van slechts één medewerker van een instituut.