Afbeelding
Kevin de Randamie. Beeld: tengbehkamara.com
Kevin de Randamie. Beeld: tengbehkamara.com
De Nederlandse economie zou aanzienlijk kunnen groeien als Black-owned businesses dezelfde schaalvergroting zouden kunnen doormaken als hun 'mainstream' tegenhangers. Uit onderzoek dat werd gepresenteerd tijdens de Black Economic Empowerment (BEE)-bijeenkomst in de Malietoren, gehost door @VNOVNO-NCW, blijkt echter dat structurele barrières zwarte ondernemers verhinderen om toegang te krijgen tot kapitaal en door te groeien voorbij de micro-ondernemingsfase.
Volgens de onderzoeksresultaten is 65% van de ondervraagde zwarte ondernemers ervan overtuigd dat hun economische potentieel niet volledig wordt benut. De grootste belemmeringen die zij ervaren zijn gebrekkige toegang tot financiering, uitsluiting van gevestigde zakelijke netwerken en beperkt gebruik van overheidssteun. Daarnaast bleek uit de data dat meer dan 60% van de ondervraagden minder dan €5.000 per maand verdient, terwijl slechts 11% actief op zoek is naar externe financiering, vaak vanwege onhaalbare of beperkende voorwaarden.
De discussie, gemodereerd door Omar Kbiri , communicatiemanager van Project BEE, richtte zich op concrete oplossingen. Het initiatief wordt ondersteund door Stichting NLOM, met innovatie- en techondernemer Kimberly Ofori als projectsecretaris.
Een van de meest sprekende observaties van de dag kwam van Jerry King Afriyie, o.a. oprichter van Nederland Wordt Beter en Kick-Out Zwarte Piet, die de paradox schetste waarmee veel zwarte ondernemers worden geconfronteerd:
“De wereld ziet de kracht van de zwarte gemeenschap—behalve de zwarte gemeenschap zelf. We hebben alles, en toch hebben we niets. "We moeten ons eigen potentieel zien zoals de wereld dat ziet en systemen bouwen die een blijvende impact garanderen, zonder te vervallen in het soort schadelijke kapitalistisch handelen dat Nederland groot heeft gemaakt.”
Deze boodschap onderstreepte de noodzaak om structurele oplossingen te creëren die zwarte ondernemers helpen hun volledige economische bijdrage te leveren.
Een van de belangrijkste conclusies uit het onderzoek is dat een groot deel van de zwarte ondernemers vastzit in de micro-ondernemingsfase, niet door een gebrek aan ambitie, maar door een gebrek aan toegang tot kapitaal.
Kevin de Randamie, CEO van de Cre8tive Revolution Group, een van de initiatiefnemers van Project BEE, benoemde een fundamenteel probleem in overheidssteun:
“Veel overheidsregelingen werken met co-financiering: je moet kapitaal hebben om kapitaal te krijgen. Maar als toegang tot kapitaal al een uitdaging is, hoe kom je dan verder?”
Uit het onderzoek bleek dat slechts 10% van de zwarte ondernemers vertrouwen heeft in de overheid om hun financiële positie te verbeteren. Veel ondernemers ervaren financieringsregelingen als te complex en onbereikbaar, omdat zij niet voldoen aan de strenge eisen zoals eigen vermogen, onderpand of een sterk zakelijk netwerk.
De resultaten werden aangehoord door Abel d’Ailly van het Ministerie van Economische Zaken, die echter geen commentaar kon geven. Volgens verschillende bronnen rondom het ministerie heerst al jaren de indruk onder medewerkers van zowel het ministerie als de RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) dat bestaande economische programma’s zwarte ondernemers onvoldoende bereiken. Een van de aanwezige gasten in de Malietoren, een voormalig RVO-medewerker, leek evenmin verrast door de uitkomsten. Dit zou een van de redenen kunnen zijn waarom het ministerie mede het initiatief heeft genomen voor dit onderzoek.
Hoewel dit onderzoek een stap in de juiste richting is, blijft de vraag of de opgedane inzichten daadwerkelijk zullen leiden tot concrete beleidsmaatregelen.
Een ander punt dat uit het onderzoek naar voren kwam, is de gebrekkige toegang tot invloedrijke zakelijke netwerken. Focco Vijselaar, directeur van VNO-NCW, erkende het probleem en gaf toe dat hier nog veel werk te verrichten is:
“Als je naar onze bestuursvergaderingen kijkt, zie je twee of drie mensen van kleur in een zaal van zestig. Dat is niet oké (red. refererend aan hoeveel mensen van kleur zouden mogen worden verwacht in verhouding tot de bevolkingssamenstelling van de randstad). Dit zegt iets over hoe wij als organisatie ook de plank misslaan. We moeten zorgen dat onze netwerken toegankelijker worden.”
Zonder toegang tot deze netwerken blijven zwarte ondernemers buiten de besluitvormingsprocessen, verstoken van waardevolle zakelijke kansen en uitgesloten van corporate samenwerkingen. Dit draagt bij aan een vicieuze cirkel waarin economische groei wordt geremd.
Aan de andere kant loopt de BV Nederland potentieel significant bijdragen van groeiende Black-owned Businesses (BoBs) mis door dit soort structurele uitsluiting uit invloedrijke zakelijke netwerken. Dit belemmert niet alleen individuele ondernemers, maar heeft ook bredere macro-economische gevolgen.
Op basis van de onderzoeksgegevens zou Nederland een enorme economische impuls kunnen krijgen als zwarte ondernemers dezelfde toegang tot kapitaal en groeikansen hadden als andere ondernemers.
30.000 extra Black-owned businesses zouden kunnen ontstaan als structurele barrières worden weggenomen. Als elk van deze bedrijven gemiddeld €100.000 per jaar aan omzet genereert, zou dit resulteren in een extra economische output van €3 miljard per jaar. Deze bedrijven zouden samen tot 50.000 nieuwe banen kunnen creëren, waardoor de werkgelegenheids- en vermogenskloof kleiner wordt.
Deze cijfers zijn gebaseerd op hypothetische projecties, waarbij wordt aangenomen dat zwarte ondernemers, met gelijke toegang tot kapitaal, hun bedrijven kunnen laten groeien in een tempo dat vergelijkbaar is met dat van andere ondernemers in Nederland. Zonder structurele hervormingen blijft dit potentieel echter grotendeels onbenut.
De bijeenkomst maakte één ding duidelijk: de economische meerwaarde van Black-owned businesses is enorm. Toch blijft de toegang tot financiering, overheidssteun en zakelijke netwerken een struikelblok.
Kevin de Randamie daagde zowel de zakenwereld als beleidsmakers uit om actie te ondernemen:
“De uitdaging ligt niet alleen in de systemen om ons heen, maar ook binnen onszelf. Als we een nieuwe golf van succesvolle Black-owned businesses willen zien, moeten we elkaar én de gevestigde instituten uitdagen. Dus daag ons uit! Daag de instituten uit! Daag de status quo uit!”
De vraag blijft: zal Nederland deze kans grijpen, of blijft miljarden aan economisch potentieel onbenut?
Focco Vijselaar en Paul Vetter (niet in de foto) zijn onderscheiden met de BEE Ambassador Award vanwege hun jarenlange inzet en onmiskenbare bijdrage aan de structurele versterking van Black-owned Businesses (BoBs) en economische gelijkwaardigheid in Nederland. Hun actieve betrokkenheid bij het BEE-project heeft niet alleen bijgedragen aan beleidsverandering en inclusieve groei, maar heeft ook anderen geïnspireerd om verantwoordelijkheid te nemen in het doorbreken van institutionele barrières.
Focco Vijselaar: Zakelijke netwerken openbreken
Als directeur van VNO-NCW, maar ook in zijn voormalige rol als DG bij het @Ministerie van Economische Zaken heeft Focco Vijselaar zich uitgesproken over de uitsluiting van ondernemers van kleur uit invloedrijke zakelijke netwerken. Door zijn erkenning van dit probleem en zijn inspanningen om structuren binnen de organisatie toegankelijker te maken, heeft hij een belangrijke bijdrage geleverd aan het creëren van een gelijker speelveld. Zijn bereidheid om deze kwesties binnen de hoogste economische kringen aan te kaarten, maakt hem een ware ambassadeur van de BEE-waarden.
Paul Vetter: Financiële en institutionele steun voor BEE
Paul Vetter heeft zich jarenlang ingezet voor de structurele ondersteuning van BoBs door zijn expertise in financiële strategieën en privaat-publieke samenwerkingen. Zijn rol binnen o.a. het @Topteam Creatieve Industrie en zijn betrokkenheid bij beleidsontwikkeling hebben geresulteerd in concrete verbeteringen in toegang tot financiering en zakelijke kansen voor zwarte ondernemers. Hij heeft laten zien dat inclusieve economische ontwikkeling niet alleen een morele plicht is, maar ook een strategische noodzaak voor Nederland.
Voorbeeldrol in institutionele verandering
Beiden zijn innovators in hun respectievelijke vakgebieden en hebben laten zien dat leiderschap betekent dat je actief meewerkt aan verandering. Hun betrokkenheid gaat verder dan woorden: ze hebben concrete acties ondernomen om systematische belemmeringen te verminderen en de economische participatie van BoBs te bevorderen.
De BEE Ambassador Award erkent hun jarenlange steun, voorbeeldrol en impact in het realiseren van een inclusievere en eerlijke zakelijke omgeving. Hun inzet blijft een inspiratiebron voor beleidsmakers, ondernemers en bedrijfsnetwerken die streven naar een structureel gelijkwaardige economie.
Volgende stappen: Dinsdag 4 maart 2025
De volgende BEE meetings zijn inmiddels aangekondigd. Op dinsdag 4 maart zullen tientallen BoB samenkomen in de Malietoren om hun inzichten te delen en samen oplossingen te creëren voor de ervaren struikelblokken. Belangrijke stakeholders zullen aansluiten om zodoende steeds concrete acties te identificeren. Het onderzoek naar het verborgen potentieel van BoB zal eind februari worden afgerond, maar het werk is duidelijk nog niet gedaan.