Afbeelding
Dylan Romeo | de Haagse politiek is toe aan mijn frisse en nieuwe geluid
10 maart 2022 - 18:53
Door Robin Austen
Dylan Romeo is sinds zijn 15e voor de Jonge Democraten (D66-jongeren) actief in de politiek. Hij is geboren in Leidschendam, opgegroeid in Zoetermeer en woont inmiddels al een aantal jaren in Den Haag. De kandidaat voor D66 in Den Haag heeft communicatie gestudeerd en werkt als communicatieadviseur bij de gemeente Zoetermeer en in diezelfde functie voor Europarlementariër Samira Rafaela. Als toekomstig raadslid in Den Haag loopt hij zich warm voor wat hij allemaal voor jongeren kan betekenen.
AFRO Magazine profileert vandaag, met Kleur de Kamer een selectie van kandidaten van Afrikaanse afkomst die meedoen aan de gemeenteraadsverkiezingen van woensdag 16 maart 2022.
Vanwaar jouw keuze voor D66
D66 is voor mij altijd de partij geweest waar iedereen zichtbaar zichzelf kan zijn. Waar we durven te kiezen, ook al is dat niet altijd het meest populaire. D66 vertrouwt op de eigen kracht van mensen en richt haar blik op zo progressieve manier naar de buitenwereld. Een partij waar we iedereen vrij laten, maar niemand laten vallen.
Hoe zie je je eigen toekomst in de politiek?
Ik richt me nu vooral op het raadslidmaatschap. In die rol wil ik mijzelf zo goed mogelijk ontwikkelen om uiteindelijk verdere stappen te kunnen zetten in de politiek.
Welk verschil kun jij maken in de politiek?
Ik wil opkomen voor de Caribische Hagenaars. Een voorbeeldfiguur zijn, iemand in wie zij zich kunnen herkennen en waardoor zij zich écht thuis voelen in de stad. Daarmee wil ik in het bijzonder de Caribische jeugd inspireren. Juist voor hen is het onwijs belangrijk om voorbeeldfiguren van dezelfde komaf te hebben. Figuren die hen laten zien dat je met hard werken een heel eind komt. Met Jorien Wuite in de Tweede Kamer en Samira Rafaela in het Europees parlement zijn we al goed op weg. Maar om écht overal verandering teweeg te brengen, is het belangrijk dat in alle bestuurslagen een zichtbare vertegenwoordiger zit. Ook in de gemeenteraden dus.
Foto: Christopher Fernando
Op welke manier is de politiek de afgelopen jaren veranderd wat jou betreft?
Met name de manier waarop populistische partijen steeds vaker het debat op een extremistische manier proberen te kapen en zélfs politici in de privéomgeving opzoeken. Dit is iets dat ik een paar jaar geleden echt niet voor ogen had gehouden.
Wat vindt je een belangrijk speerpunt waar D66 zich de komende periode hard voor moet maken?
Ik vind de mentale gezondheid van jongeren een belangrijk issue. Momenteel ervaart 1 op de 7 Nederlandse jongeren mentale problemen en zijn de suïcidegevallen onder jongeren in het afgelopen jaar met 15% toegenomen. Dat baart mij zorgen en is iets waarmee ik mij maar al te graag voor wil gaan inzetten. Dat wil ik onder andere gaan doen door extra te investeren in lokale hulpaanbieders en sociale ontmoetingsplekken. Daarnaast vind ik het belangrijk dat de zorg voor jongeren financieel toegankelijker wordt; iets dat nog altijd een drempel is voor velen. Ik wil me gaan hard maken voor een systeem waarbij zowel de gemeente als zorgaanbieders financieel verantwoordelijk worden voor de zorgkosten, zodat jongeren niet eerst in hun portemonnee hoeven te kijken om te bepalen of zij wel of niet op zorg kunnen rekenen.
Wie is jou grote voorbeeld?
Mijn politieke held is Barack Obama. De manier waarop hij spreekt, debatteert en altijd wordt gezien als ‘de gewone man’ is inspirerend en motiveert mij om mij verder in die stijl in de politiek te ontwikkelen.
Wat zou voor u een persoonlijk politiek succes zijn?
Het zou voor mij een persoonlijk succes zijn, als ik het eerste Haagse raadslid met Caribische roots wordt en daarmee de ruim vijftienduizend Hagenaars met deze achtergrond eindelijk écht vertegenwoordigen.
Waarom zou men op jou moeten stemmen?
Jongeren zijn onmisbaar in de politiek, maar momenteel zwaar ondervertegenwoordigd. Zeker in gemeenteraden, waar zetels worden vooral ingenomen door oudere mannen. Ik breng dat frisse en nieuwe geluid, waar de Haagse politiek aan toe is.
Ook weet ik met verschillende bevolkingsgroepen het gesprek aan te gaan, doordat ik in meerdere Haagse wijken heb gewoond. Zo weet ik wat er speelt in de Schilderswijk, maar ook aan de andere kant van de stad, in bijvoorbeeld Bezuidenhout. Dat maakt mij ook écht een politicus van en voor Den Haag. Nu is het tijd om al deze ervaringen te gaan inzetten voor mijn geliefde stad. Waar we iedereen vrijlaten, maar niemand laten vallen.