Maar wij krijgen het feestje

Door Juliette S. Redan

Bij de benoeming van de heer Marcouch tot burgervader van de gemeente Arnhem bereikte mijn ergernis ten aanzien van de uitbundigheid van de 1 juli festiviteiten en alles wat daarmee te maken heeft haar hoogtepunt. Nu zult u denken: 'Wat heeft de benoeming van de heer Marcouch nu met 1 juli te maken?' Dat zal ik u even haarfijn uitleggen.

Laat ik voorop stellen: ik ben beslist iemand die haar voorouders en het lot wat hen heeft getroffen ten zeerste ter hart neemt. Mijn dankbaarheid en bewondering voor hun strijd zal ik nooit vergeten.

Maar nog meer ben ik bewust van de kwetsbaarheid van als zwarte mensen om terug te glijden naar een positie van emotionele en financiële afhankelijkheid waar iets als slavernij zo weer de kop op kan steken. Misschien niet in de vorm zoals we dat hebben gezien, maar wel één van beproevingen die een volk moet ontberen omdat ze zich volledig afhankelijk opstellen van de goedkeuring en decennialang wachten op acceptatie van 'de witte man' en zijn systeem.

Terwijl hele volksstammen aan Surinamers hun best doen om geaccepteerd te worden en 1 juli als prima kapstok ervoor gebruiken, komen steeds meer Nederlanders van Marokkaanse, Turkse en andere origines op sleutelposities in deze maatschappij. Ik keek naar de op zich niet onaardige documentaire waarin mevrouw Beyer en de rapper Typhoon op zoek gingen naar hun roots. Maar de drang om 'het gedeeld verleden' zo te highlighten en zwarte mensen op te dringen aan de geest van de tegenwoordige witte man droop ervan af.

'Gezamelijk verleden'. Dus de slavendrijvers en de slaven deelden iets samen? Net als Hitler en de Joden die hij met zijn manschappen vergastte, vast ook veel delen waar de joden van nu blij mee mogen zijn 'om samen vooruit te kunnen'. Dan hebben ook de verkrachter en de verkrachte persoon ook een fijn gedeeld verleden.

En 1 juli blijkt ook nog eens een onzinnige datum geweest waar alleen de slavenhouders financieel op vooruit gingen door een politiek besluit. Gedeeld verleden? I don't think so. En de vreugde die ervan afspat wanneer men ziet dat 'sommigen van ons ook witte voorouders hebben'. En daar moeten we blij om zijn? Dat verbindt ons? Wat een vertoning.

Inderdaad, men moet nu anno 2017 verder. Maar wie gaan nu verder? Zwarte mensen in Nederland? Nee. Kan ik niet zeggen, los van de velen onder ons die gewoon zeker hun best doen zit er niet veel vooruitgang in.

Op 1 juli laten we ons in onze mooie klederdracht en feestjes, even van onze meest tolerante kant zien. Maar het is de betaler die bepaalt. En wie betaalt? 'Wij' in ieder geval niet. Diverse organisaties vechten wel als beesten om wie de grijpstuiver ter hand mag nemen.

Mensen. Als we echt reëel zijn zien we dat we hier geen stap mee vooruit komen.  En ja, discriminatie en racisme zijn een kwestie in de samenleving. Maar zegt u eens eerlijk, wacht u tot de witte samenleving ons leuker of liever gaat vinden?

Wacht u op hun acceptatie of verandering om verder te komen? Met lullige centen van de overheid in de achterzak vragen we tegelijk 'excuses'. Mijn dochter liet me een filmpje zien waarin ene heer Koster zich boos uitliet over het feit dat 'wij nog wachten op excuus'. Hoe  afhankelijk kan een volk zich opstellen als men vraagt van de nakomelingen van de onderdrukkers van hun eigen voorouders om 'excuses'.  En hoe vol we ook zijn van wat onze voorouders hebben meegemaakt. Een conclusie die ik op basis van mijn inzichten kan trekken is dat het van de grootste naïviteit getuigd dat onze voorouders door witte mensen in West Afrika ontvoerd zijn. Dat die witte mannen in bosjes zaten te wachten tot poti blaka man netten over hun hoofden kregen en werden afgevoerd. Nee hoor; de mensen zijn keihard verkocht door mensen die precies op ons lijken.

En wat hebben we nu na al die vieringen en emoties? Niets. Hoeveel burgermeesters hebben we geleverd? Hoeveel zitten er van ons in het parlement?

Ik heb 45 jaar in dit land gewerkt, maar ook in Suriname. En ik kan zeggen dat de problemen die ik tegen ben gekomen als het gaat om 'kleur' niet minder waren in Nederland dan in Suriname. Maar al die problemen bij elkaar hebben mij er niet van weerhouden om keihard te werken voor mijn geld en studies van mijn kinderen. Je krijgt niets op een presenteerblaadje in dit land. Ook niet in Suriname of elders. Je moet overal keihard werken voor je eten.

Alles wat zwarte mensen nu roepen gaat over hun kleur of over hoezeer ze gekwetst worden door witte mensen. Ik ben van Facebook afgegaan omdat ik moe werd van de zwarte 'racisme politieagenten' die 24 uur per dag bijna neurotisch zoeken en delen wie weer iets racistisch gezegd heeft of gedaan. Is er niets anders wat ons bezig houdt? Wat een diversiteit ineens aan denkbeelden! Maar niet heus.

Wie heeft het over de werkgelegenheid of hoe het op school gaat met onze kinderen? Of over hoeveel zwarte mensen zitten met schulden. Of de manier waarop zwarte kinderen elkaar het leven zuur maken in woord en daad? Of over de corruptie die ons nekt in zowel Nederlandals Suriname?

Nee, alle focus is op 'de witte man' die ons aan het discrimineren is. En vooral het wachten tot hij 'onze pijn gaat inzien'. Waar zijn we mee bezig? Ooh ja. 'Ons' gezamenlijk verleden. Kijk naar de problemen die de Surinaamse gemeenschap nu op dit moment heeft. Die zijn vast ook zo 'gezamenlijk'.

Marokkaanse en Turkse Nederlanders hebben de banen en bedrijven. Maar wij krijgen het feestje. Nadruk op 'krijgen'. Omdat we zo graag willen dat de witte mensen het feestje met ons meevieren. Slaafser dan dit bestaat volgens mij niet.

En stel het excuus komt dan daar eindelijk eens uit een mond in dat afgedankte park. En dan?

Juliette Redan, gepensioneerd tandartsassistente, woonde en werkte 45 jaar op diverse locaties in Noord-Brabant. Momenteel doet ze nog vrijwilligerswerk voor een ouderencentrum en probeert ze af en toe nog wat te schrijven.